Na lang wachten heeft de Raad van State geoordeeld over het hoger beroep van de Belastingdienst met betrekking tot het door de dienst verstrekken van inkomensgegevens van huurders. De bestuursrechter had eerder uitgesproken dat de Belastingdienst dit niet had mogen doen. Daarop hebben vele huurders, die te maken hadden gekregen met inkomensafhankelijke huurverhogingen (vanwege de privacyschending ook wel ‘gluurverhoging’ genoemd), een financiële claim neergelegd bij de Belastingdienst. Ook huurders in Salland hebben, al of niet met hulp van Huurdersvereniging Salland, gebruik gemaakt van de voorbeeldbrief die de Nederlandse Woonbond voor dit doel had opgesteld. Van de Belastingdienst kregen deze huurders als reactie dat er geen besluit over de claim zou worden genomen tot na de uitspraak in het hoger beroep.

De Raad van State heeft de eerdere uitspraak van de bestuursrechter vernietigd. Het stelt dat de bestuursrechter zich niet over de zaak had mogen uitspreken maar dat het een zaak is voor de civiele rechtbank. De civiele rechtbank had de Nederlandse Woonbond eerder niet ontvankelijk verklaard bij hun collectieve claim namens huurders, met als argument dat huurders zelf bij de bestuursrechter terecht zouden kunnen. Het oordeel van de Raad van State laat zien dat dit onjuist is. De civiele rechter zal nu alsnog inhoudelijk moeten oordelen op het door de Woonbond ingestelde hoger beroep.

Voor de betreffende huurders betekent dit dat hun geduld nog langer op de proef gesteld wordt. Wanneer het hoger beroep bij de civiele rechtbank dient is nu nog niet bekend.

Bron: 12-06-20, woonbond.nl: Teleurstellende uitspraak over schadevergoeding Gluurverhoging